In het Verenigd Koninkrijk lopen er zo’n 4 miljoen golfers rond. Ongeveer 1,4 miljoen daarvan zijn lid op een club. 2,6 miljoen dus niet.
Die vrije non-member golfers gaan dus vaak greenfeeën. Een kostelijke grap als je naar absolute topbanen mikt. National Club Golfer lijstte daarom de duurste greenfee’s van de Britse Eilanden op.
Trump Turnberry (frontfoto) topt alles met een prijskaartje van liefst 1000 pond sterling of omgerekend zo’n 1188 euro. Daarmee torent men boven alles en iedereen uit. Ook de andere Trump-banen op de eilanden zijn duur.
Het Ierse Trump Doonbeg (foto) vraagt 525 euro, Trump International Aberdeen 495 pond.
Vooral de banen die bij de Rota van The Open horen, dus de Major mogen inrichten, zijn prijzig.
Royal Portrush waar editie van dit jaar doorgaat mag je in ruil voor 385 pond spelen. Royal Birkdale waar in 2026 The Open zal gelopen worden vraagt 400 pond.
De greenfee’s 40 van de top 100 Britse golfbanen staan boven de 300 pond of 356 euro geafficheerd.
De goedkoopste in de GB&I-lijst is Seacroft (foto). 85 pond. Ook het wonderbaarlijke Brora is met 95 pond eveneens een koopje.
Gelukkig zijn er op de Britse Eilanden gigantisch veel golfbanen die goedkoper zijn…